Terug naar Grootegast

De auto staat onder de A7 bij Boerakker. Op de fiets gaat het verder het zuidelijk westerkwartier in, een veengebied dat vergraven , een prachtig natuurgebied is geworden. Eeuwen lang hebben hier mensen zich krom gewerkt  voor een appel en een ei. Plaggenhutten waren hier normaal, kleine boerderijtjes met grote gezinnen probeerden soms letterlijk het hoofd boven water te houden. Een weg met de naam De tenten, herinnert nog aan de veenarbeiders die hier in barakken en tenten woonden. Ook mijn voorouders kenden hier hun slavenverleden.  Het gebied van IJe Wiekstra die vier veldwachters doodschoot en de Mepsche van het Faan, de heer die tweeëntwintig mensen ter dood bracht op verdenking van homofilie. Maar ook het gebied waar ik ben opgeroeid, zwervend door de weilanden, langs de petgaten opzoek naar eieren. Waar ik hutten bouwde en die van anderen in de brand stak. Daar moet ik aan denken als ik verder fiets.  Aardappels, mais, grasland en natuurgebied wisselen elkaar af. Bomen die in lange rijen  stukken land omzomen en zo het coulissen landschap vormen. Smalle fietspaden en ruilverkaveling wegen zorgen er voor dat we heerlijk rustig fietsen. Slechts af en toe een auto die denkt alleen op de weg te zijn. Uit een vrachtauto steekt een varkenssnuit naar buiten met wapperende oren. Sommige mensen zal het worst zijn maar ik trek nu partij voor die dieren. Het is bewolkt, grijs, dreigend en warm. Het is net of hier in het uitgestrekte westerkwartier de dreiging zwaarder drukt.  Verder gaan we door het gebied waar mijn vader aan streekverbetering deed. Langs een autobedrijf komen we onze bestemming  binnen. Grootegast ligt op twee zandruggen die nu de Hoofdstraat en de Bovenweg vormen. Over de klap komen we “mijn” dorp binnen. Bijna iedereen groet ons met een onduidelijk “moi” en we voelen ons welkom.  Mijn vrouw krijgt weer de rol van toerist en luistert naar mijn uitleg. Het gemeentehuis in Berlage stijl, het huis van de dokter. De huizen Irene Beatrix en Margriet die hun namen al lang hebben verloren.  Op naar de plek waar mijn geboortehuis stond aan de G.P.Beukemalaan met aan de overkant mijn tuintje. Ze zijn verdwenen en hebben plaats gemaakt voor de zo noodzakelijke nieuwbouw. Even rijden we door de nieuwbouw wijk met  nietszeggende plantennamen.  Dan naar de Grootegasterpolder. Weids met veel water. Even verder houdt de molen de Eendracht nog steeds de wacht. Als het moet haalt hij het water uit de Sebalderbuurster polder en pompt het naar de tochtsloot. Vogels vliegen voor ons uit en lijken ons  soms te volgen.  Over een smal paadje komen we bij Westerzand, een rustpunt. Dankbaar gebruiken we de kraakheldere WC en nemen een kop koffie.  Dan weer verder naar Oldekerk waar de klokkenstoel midden in het land lijkt te staan. De provinciale weg over naar de Kuzemer eendenkooi. Ooit bezit van een Nonnenklooster, We gunnen ons geen tijd om te kijken wat er nog van over is. In de verte rommelt het. Net op tijd fietsen we Boerakker binnen en even later staan de fietsen weer achter op de auto.

SAMSUNG CSC
SAMSUNG CSC
SAMSUNG CSC

Pieter

Na een groot aantal jaren in het onderwijs ben ik met pensioen gegaan. Van mijn vierde tot mijn vijfentwintigste levensjaar deed ik ervaring op als leerling, hierna tot mijn drieenzestigste als leerkracht en adjunct directeur vmbo. Uit de laatste zeventien jaar heb ik wat ervaringen opgeschreven. Zaken die me bezig hielden en me soms slapeloze nachten bezorgden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *