Brand.

Eén keer per jaar  mag ik brandweerman zijn. Een schuimblusapparaat in de hand en een op afstand ontbrandbare barbeque, opgesteld achter het fietsenhok, zorgen er voor dat ik mijn jongensdroom mag uitvoeren. Blussen, veel schuim, zoveel mogelijk. Grijns op mijn gezicht en voorwaarts. Eén keer per jaar mag ik bedrijfshulpverlener zijn en een aantal uren een ex brandweerman of ambulancebroeder aanhoren die zeer bijdehand je er steeds weer probeert in te laten lopen.  IMAG0150’s Middags ligt het klaslokaal vol verband, reanimatiepoppen en collega’s,  schots en scheef door elkaar. In een lacherige sfeer zijn we door elkaar verbonden, hebben we samen een pop  levensgevaarlijk  gereanimeerd en weten we weer dat op school de nood hoog kan oplopen. Aan het eind komt de belangrijkste les: “Onthoud vooral: geen paniek en 112 bellen!” Ik onthoud het, teken voor mijn lichamelijke aanwezigheid  en krijg na verloop van tijd mijn creditkaart achtige pasje en ben weer voor een jaar bedrijfshulpverlener. Naast dit onderwijs zijn er ook nog de regels die we als school hebben afgesproken. 1. Bij een gewonde roep je altijd een EHBO er, toets 9 en 2. Bij brand wacht je op het brandalarm. Is er echt brand, het alarm gaat dan voor de tweede keer, dan ontruim je de school en wacht op de brandweer. Wat is het toch fijn om bhv er te zijn.

Op een dag was er brand in een jongenstoilet. Niet voor de eerste keer had iemand de toiletrol in de brand gestoken en zo kwam het dat niet lang daarna de plastic wand walmend en stinkend  enorm veel rook verspreidde.  De leerling die me dat om ongeveer kwart over vier kwam zeggen rende bij mij de kamer in zonder te kloppen en vertelde met horten en stoten dat de wc in brand stond. Tja wat te doen. De belangrijkste les kwam in me op en kalm liep ik naar de plaats des onheils en registreerde het gelijk van de leerling. Rustig liep ik door naar de receptie en vroeg aan de receptioniste of ze de brandweer wilde bellen omdat we brand hadden. Ze weigerde pertinent want ze hield niet van dat soort grapjes. Wat nu. Geen paniek, dat was duidelijk, dan maar naar mijn kamer en vandaar de brandweer gebeld. Onderweg vernielde ik het glaasje van de brandmelder en drukte de knop in. Een kwajongensgevoel kwam in me op en fluitend liep ik door. Een collega, die nog laat aan het werk was deed de deur van zijn kamer open en vroeg of er brand was. Gek eigenlijk dat niemand gelooft dat er brand is als het alarm klinkt. Ik moest aan Peter en de Wolf denken. De jongen die steeds geroepen had dat er een wolf was, waarop de mensen hun geweer pakten om de wolf te schieten. Toen het werkelijk waar was geloofde niemand Peter. Bijna had ik tegen mijn collega gezegd dat ik niet tegen de stilte kon en daarom maar wat muziek had aangezet maar ja, je bent natuurlijk geen kwajongen. De brandweer beloofde te komen en ik liep weer naar de receptie om als comite van ontvangst te dienen. De receptioniste bleef keurig op haar post en ik bewonderde zoveel plichtsbetrachting. Toen ontvouwde zich een vreemd schouwspel op het plein. Vier concierges kwamen in slagorde vanuit het hoofdgebouw het plein over, de hal binnen en riepen,: “Waar is de brand.” Ik vertelde hen dat het in de jongens wc was en dat er waarschijnlijk een wc rol brandde en ik niet wist hoever het nu was met het branden. Het was niet de eerste keer dat er op deze manier brand was gesticht en daarom had ik niet verwacht dat men ging kijken. De vorige keer waren ze hoestend en met tranen in de ogen het toilet weer uitgekomen. Nu renden ze als een man naar het toilet, ze gooiden de deur open en een enorme rookwalm sloeg naar buiten. Hoestend en met tranen in de ogen kwamen ze het toilet uit, terug naar de receptie. “Er is brand” zeiden ze. “O” zei de receptioniste en ging door met het klaar maken van de post. In de verte klonk de sirene en niet lang daarna kwamen vier brandweermannen in slagorde de school in. Zuurstofmaskers en schuimblussers zorgden ervoor dat ze professioneel over kwamen. De school was weer in goede handen. Met zoveel professionals bij de receptie kon ik wel gaan, liep naar de auto en was nog net op tijd voor mijn afspraak op een andere school.

Pieter

Na een groot aantal jaren in het onderwijs ben ik met pensioen gegaan. Van mijn vierde tot mijn vijfentwintigste levensjaar deed ik ervaring op als leerling, hierna tot mijn drieenzestigste als leerkracht en adjunct directeur vmbo. Uit de laatste zeventien jaar heb ik wat ervaringen opgeschreven. Zaken die me bezig hielden en me soms slapeloze nachten bezorgden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *